| |||
Artistieke Afwijzing: Voorbij de Haagse School
Tijdens De Jongs tijd in Laren maakte hij kennis met het werk van Franse impressionisten.
Hij verliet zijn focus op realisme en koos ervoor
portretteert zijn onderwerpen op meer abstracte manieren. Volgens zijn dochter Maria is de Jong een aantal jaren gestopt met exposeren
totdat "hij zijn weg vond naar een
lichter, kleurrijker palet.
de Jong's beweging in de richting van het impressionisme was in regelrechte strijd met de stijl van de Haagse School. Zijn dochter Maria beschrijft de reactie van De Jong artistiek
tijdgenoten:
"De Haagse School, vasthoudend aan haar oude idealen, heeft hem dit nooit vergeven. De Pulchri Studio weigerde zijn werken in de nieuwe stijl [te tonen]..."
Het is onduidelijk wanneer deze breuk plaatsvond; echter, tegen de jaren 1890 lieten andere Haagse School-kunstenaars van de tweede generatie de grijsachtige tinten van de traditionele Haagse School varen.
Hun palet werd lichter en helderder en de penseelstreken losser. Bijvoorbeeld,
Josef Israëls' zoon Isaac brak met de conventies van zijn vader en andere Haagse groepsleden door zorgeloze vakantiegangers af te beelden op de badplaats Scheveningen, waar hij zomers vaak met zijn vader doorbracht.
bron
de Jong vatte de afwijzing persoonlijk en diep op. Tussen 1890 en zijn dood in 1932 behield De Jong zijn lidmaatschap bij de Pulchri Studio, maar hij bleef geïsoleerd van andere kunstenaars en van het tentoonstellen van zijn werk. Er moet echter worden opgemerkt dat anderen
werden ook afgewezen door de Pulchri Studio, maar werden geprezen. In 1882,
Van Gogh diende in bij de Pulchri Studio, maar de werken werden niet geaccepteerd. De schilderijen worden nu beschouwd als meesterwerken.
bron
De Haagse School eindigde officieel in 1905 en kwam nooit verder dan de oorspronkelijke focus. De tweede generatie ging richting het Amsterdamse impressionisme, en
Larense kunstenaars evolueerden naar het impressionisme en het kubisme.
de Jong's introversie ging richting wantrouwen, hypochrondrie en teruggetrokkenheid, zelfs tot het punt waarop hij weigerde om iemand toe te laten in zijn studio. Dit staat in schril contrast met de
doel van Pulchri Studio, namelijk om ideeën te delen met andere kunstenaars.
De meeste Haagse meesters waren in 1910 overleden. De Jong heeft nooit relaties opgebouwd met de tweede generatie kunstenaars, mogelijk met uitzondering van Zwart, wiens schilderij in het atelier van De Jong werd gevonden.
de Jong vatte de afwijzing persoonlijk en diep op en trok zich terug. Nog anderen werden afgewezen door de Pulchri Studio:
In 1882 had Van Gogh een aanbod voor een commissie van schilderijen van Den Haag, maar de schilderijen, nu beschouwd als meesterwerken, werden niet acceptabel.
bron
Ondanks dat hij een kluizenaar was, trouwde de Jong in 1905 op 45-jarige leeftijd en verhuisde naar Haarlem. Hij en zijn vrouw, Lena, hadden twee kinderen, een zoon en een dochter. Als volwassene vertrok zijn zoon naar Nederlands-Indië en stierf in 1945 in een Japans krijgsgevangenenkamp. Zijn dochter, Maria, herinnerde zich haar vader als buitengewoon moeilijk om mee samen te leven. In 1948, nadat haar beide ouders waren overleden, verhuisde Maria naar San Francisco om een carrière als concertpianist na te streven. Ze bracht meer dan 120 schilderijen mee, samen met talloze schetsen, liet er enkele zien en bewaarde de rest in verpakkingskratten. Na haar dood werden de schilderijen geschonken aan Maria's neef, Emma Usinger. Haar kinderen hebben een aantal van de schilderijen in hun huizen tentoongesteld en werken er nu aan om De Jong stevig te verankeren in de geschiedenis van talentvolle Nederlandse kunstenaars.
Deze vragen blijven:
| |||
|